Artsen uit de doe-stand

Een golf van positieve gezondheid spoelt over ons land. Steeds meer artsen praten met patiënten over hun complete gezondheid en niet alleen over de ziekte.

Huisarts Hans Peter Jung loopt met zijn grote bruine dokterstas door het Limburgse dorp Afferden. Het is een ouderwets tafereel: zonder jas even de straat oversteken en aankloppen bij Sjeng ‘de oude veerman’ Denissen. De 66-jarige diabetespatiënt is zeer slechtziend en zit na een beenamputatie in een rolstoel. Voorheen zag de arts hem alleen op het spreekuur als er iets medisch mis was, nu gaat hij geregeld zomaar langs. “Loop maar door, dokter”, roept de man vanuit de woonkamer. Voorafgaand aan dit bezoek heeft Denissen de Positieve Gezondheid-vragenlijst ingevuld met 42 vragen over zijn lichaamsfunctie, mentaal welbevinden, zingeving, kwaliteit van leven, meedoen en zijn dagelijks functioneren. Dat zijn de zes thema’s die centraal staan bij het concept ‘Positieve Gezondheid’.

Samen kijken ze naar de uitkomsten. “Zo! Een 9 voor ‘welbevinden’, vertel eens, Sjeng?” vraagt de dokter. “Ik ben gewoon vrolijk en geniet van muziek”, antwoordt hij. Op het thema ‘meedoen’ scoort hij een magere 3. “Ik kom de deur nauwelijks uit met deze rolstoel en heb het idee dat mensen me vreemd aankijken.” Denissen vertelt uitgebreid over de verdrietige periodes in zijn leven: de vroege dood van zijn moeder (Sjeng was 16) en het overlijden van zijn vader. De dokter neemt de tijd, luistert rustig en vraagt waar de pijn zit. “Uw leven was niet eenvoudig en nu u ziek en kwetsbaar bent, komt dat sterker naar boven.”  De diabetes komt vandaag niet aan bod. “Dat hoeft ook niet”, zegt Jung, eenmaal buiten. “Ik richt me niet alleen op de medische kant. Nu ik zijn verleden beter ken, denk ik aan andere oplossingen. Bij Sjeng is het van belang zijn sociale contacten te verbeteren, daarom ben ik blij dat hij nu lid wil worden van de Katholieke Bond voor Ouderen, die al een keer is langsgekomen.”

Het fenomeen Positieve Gezondheid komt uit de koker van de Nederlandse arts/onderzoeker Machteld Huber. Zij wilde af van de WHO-definitie van gezondheid uit 1948, die neerkomt op ‘je bent gezond, als je niet ziek bent’, en bedacht in 2011 de definitie: ‘gezondheid is het vermogen van mensen om met de fysieke, emotionele en sociale uitdagingen van het leven om te gaan en zoveel mogelijk eigen regie te voeren’. Die sloeg direct aan en overal werd ze gevraagd haar verhaal te vertellen. In 2015 werd Huber de meest invloedrijke persoon in de publieke gezondheid. Begin dit jaar nam de koepelorganisatie van medisch specialisten Positieve Gezondheid als uitgangspunt in hun visiedocument ‘Medisch Specialist 2025’ en de PvdA nam het op in het verkiezingsprogramma. Inmiddels werken acht ouderenorganisaties ermee en zijn vorig jaar 16 thuiszorgteams erin getraind.  Op de afdeling interne geneeskunde van het Radboudumc en bij drie huisartsen Noord-Limburg lopen pilots.

Aan de pilot voor huisartsen doet sinds twee jaar dokter Jung mee. Bij hem kwam het keerpunt na het onverwachte overlijden van zijn viertienjarige dochter. “Ik ging met een andere bril naar mijn praktijk kijken en ontdekte dat ik in twintig jaar tijd van 5000 naar 20.000 patiëntcontacten per jaar was gegaan. Het gemiddelde consult duurde zo’n tien minuten en daar kreeg ik 9 euro per gesprek voor. Praatte ik langer met een patiënt, dan was ik dief van mijn eigen portemonnee. Ik onderbrak mensen dan ook vrij snel en droeg vlot medische oplossingen aan. Ook verwees ik ze vaak naar een specialist of vroeg extra bloedonderzoek aan.” Op deze productie gedreven manier wilde hij niet verder. Jung was de passie voor zijn vak verloren.

Dan staat hij voor de deur van de volgende patiënt: een 96-jarige vergeetachtige dame. “Goedemorgen, hoe gaat het met u?”, vraagt Jung bij binnenkomst. “Nou, het was me een drukte. Jan kwam langs met wat boodschappen en daarna de thuiszorg en nu jij – ja, ik mag jij zeggen”, zegt de breekbare dame met een lach. “Ik ben een gelukkig mens en dat komt door deze dokter. Hij weet dat ik voor geen prijs naar een verzorgingshuis ga, ik wil hier doodgaan.” De huisarts legt uit dat na gesprekken met mevrouw en haar omgeving (zoals haar oude tennisvrienden Jan en Joke) een netwerk is gecreëerd, zodat ze zo lang mogelijk thuis kan wonen. Daar horen deze ‘sociale bezoekjes’ bij. “Waar kwam je eigenlijk voor”, vraagt ze bij vertrek. “Wil je geen koffie?”

Terug in de praktijk zitten drie patiënten in de wachtkamer. Doordat Jung zijn assistenten trainde om strenger te zijn als mensen opbellen met klachten die vanzelf overgaan, ziet hij minder patiënten in aantallen. “We laten mensen niet langer voor de zekerheid langskomen.” Hij trekt meer tijd voor ze uit, zodat ze minder snel terugkomen en ziet hierdoor chronische patiënten een keer per week tegen vroeger drie keer per week. In de spreekkamer wordt de aanpak nog duidelijker: Jung laat zijn patiënten zoveel mogelijk zelf praten, herhaalt voortdurend wat ze aandragen (“u heeft dus een hoge bloeddruk, bent duizelig, heeft hartkloppingen”) en laat veel stiltes vallen, waardoor de patiënten als vanzelf verdergaan met hun verhaal. “Door de rust en ruimte in het gesprek ontdek je meer over het complete verhaal. Je motiveert mensen om zelf na te denken en oplossingen aan te dragen. Een arts die alle tijd heeft, het lijkt wel jaren vijftig, toch?”

Niet alleen huisartsen, ook medisch specialisten doen aan Positieve Gezondheid. “Het vraagt een hele ommezwaai”, vertelt hoogleraar interne geneeskunde Jan Smit van het Radboudumc, die meedoet aan de pilot voor medisch specialisten. “Als specialist richt je je op bloedwaarden, klachten, vooral de medische aspecten. Wij staan altijd in de doe-stand. Nu stel ik andere beginvragen, als ‘hoe kan ik u helpen’ of ‘waar bent u naar op zoek’.” En hij vraagt naar het welbevinden, de eigen motivatie en wat ze zelf kunnen doen om zich beter te voelen. “Ik hoef niet steeds te vissen naar waar het probleem ligt, via de vooraf ingevulde vragenlijst en het langere gesprek krijg ik een beter beeld.”

Smit staat achter het concept, maar hij spreekt ook sceptische collega’s. ‘Gaan we nu ook de hypotheekproblemen oplossen van patiënten?’, roepen ze dan. “We gaan heus geen extra problemen het ziekenhuis intrekken, maar we moeten ons minder richten op puur de symptomen en breder kijken naar patiënten.” Dat positieve gezondheid wel omarmd, maar nog niet overal zichtbaar is, ligt vooral aan het bekostigingssysteem, denkt Smit. “Zorgverzekeraars kopen nu nog in per kwaal en richten zich niet op de gezondheid van mensen.” De hoogleraar verwacht dat wanneer de proefprojecten aantonen dat patiënten er baat bij hebben, zorgverzekeraars en de politiek wel over de brug komen met vergoeding.

Een zorgverzekeraar die er nu al voor openstaat, is VGZ, die de pilotkosten betaalt uit een speciale innovatiepot. “We zijn erg benieuwd wat Positieve Gezondheid oplevert voor patiënten, daarom investeren we erin”, vertelt strategisch innovatiemanager Leonie Voragen van VGZ. Zij verwacht dat dokters die meer tijd nemen voor een goed gesprek, minder mensen zullen doorverwijzen naar een dure specialist, minder onnodige medicijnen voorschrijven en minder labonderzoek aanvragen. “Dat levert geld op, maar kostenbesparing is niet onze hoofdreden. Wij geloven dat de mens meer is dan zijn aandoening en dat aandacht de zorg afhelpt van de productiemodus. Zo krijg je weer zinnige zorg.”

Naar de effecten van Positieve Gezondheid doen vier universiteiten onderzoek en ook de resultaten van de twee pilots zijn nog niet bekend. Wel willen de huisarts en de internist hun bevindingen delen. Zo vindt internist Smit het vooral positief voor mensen met chronische aandoeningen. “Ik zie veel mensen met schildklierproblemen. Als zij in het verleden klaagden over stevige vermoeidheid, keken we vaak alleen naar bloedwaarden. Waren die goed, dan had ik als arts niet veel te bieden. Nu wel, want we bespreken samen wat de oorzaak kan zijn. Dit leverde bijvoorbeeld een samenwerking op met een revalidatiecentrum waar mensen een programma volgen dat aansluit bij het concept van positieve gezondheid.”

Ook huisarts Jung is positief. Hij verwijst 30% minder patiënten door naar specialisten, “dat scheelt veel kosten”, zegt hij. Daarbij voelt de patiënt zich meer gehoord en gezien, wat voor minder klachten zorgt, en de zorg is minder medisch gericht. “Natuurlijk ben ik nog veel medisch bezig, maar ik betrek ook de sociale context erbij, ik weet inmiddels wie in het welzijnswerk actief zijn en zet die mensen vaak in bij patiënten. Ik ben creatiever geworden in het aandragen van oplossingen. Ik maak nog steeds lange, soms zelfs veel langere dagen, maar krijg wel weer energie van mijn werk. Ik heb mijn pure artsengevoel weer terug.”

Instituut voor Positieve Gezondheid

Het Instituut voor Positieve Gezondheid (IPH) in Amersfoort begeleidt alle projecten rond Positieve Gezondheid. Samen met vier universiteiten worden de effecten onderzocht van o.a. de pilots in Noord-Limburg en bij het Radboudumc. Het IPH traint ook zorgverleners in deze aanpak en zet zich in om bekostiging te regelen door overleg met zorgverzekeraars en het Ministerie van VWS. “Het is nu afwachten wie de nieuwe zorgminister wordt, dan kunnen we kijken welke kant het opgaat. Positieve Gezondheid is zeker geen hype, maar kost wel tijd en energie om van de grond te krijgen”, zegt Carl Verheijen, de kersverse IPH-directeur.

Artsen uit de doe-stand1 Artsen uit de doe-stand2

Categorieën

Naschrift: Nelleke Wuurman was de hoedster van Overvecht

Nelleke kende iedereen en iedereen kende Nelleke. Ze zette zich fulltime als vrijwilliger in om de Utrechtse wijk Overvecht leefbaarder te maken. Als Nelleke Wuurman iets in haar hoofd had, zat het nergens anders. Pittig en daadkrachtig zorgde ze ervoor dat de...

Lees meer

Naschrift: Pas laat in haar leven vond Rie geluk

Rie Frazers leven zit vol tegenslag en geweld. Tot ze verliefd wordt op haar 23 jaar jongere buurjongen, pas dan voelt ze zich veilig.   Rie Frazer had op heldere momenten soms in de gaten, dat er iets niet klopte in haar hoofd. Vlak voor kerst sprak ze het nog uit,...

Lees meer

Bikkels met diabetes

Voor Diabc interviewde ik enkele bikkels, die diabetes hebben. lees hoe zij ermee om gaan. Trailrunning haalt het beste in mij naar boven Cynthia de Vries (32) studeerde diergeneeskunde en specialiseerde zich in pathologie, ze werkt als veterinair patholoog in...

Lees meer

Mijn pelgrimstocht met diabetes

Een pelgrimstocht lopen is op zich al een flinke uitdaging. Maar hoe werkt dat als je diabetes hebt en je 24 uur per dag suikerwaarden in de gaten moet houden. Dana Ploeger overwon haar eigen angst en ging op weg naar Santiago. (publicatie Trouw) Foto’s Ronald...

Lees meer

Je eigen selfie verfraaien

Met mooimaak-filters van een paar euro maak je in een paar seconden een ‘betere’ versie van jezelf. Voorheen nam iemand een plaatje van een tv-ster mee naar de plastisch chirurg, tegenwoordig een gefotoshopte selfie. Drie jongeren vertellen over hoe zij ermee omgaan....

Lees meer

Gezag werkt beter dan macht

Begin 2019 interviewde ik Ronnie van Diemen, inspecteur-generaal voor de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd voor de levensles in Trouw. levenslessen Ronnie van Diemen 0902 Ronnie van Diemen (61), topvrouw van de Inspectie gezondheidszorg, pleit ervoor fouten  toe te...

Lees meer

Word weer verliefd op je (eigen) baan

Gewoon een leuke baan is niet meer goed genoeg. Je bent pas succesvol als je werk hebt waarin je je hart volgt en helemaal jezelf kunt zijn. Wanneer werd werken voor brood op de plank ineens een passievolle dagelijkse missie? Tekst Dana Ploeger, illustraties Chris...

Lees meer

Levenslessen modeperformer Aziz Bekkaoui

Modevormgever Aziz Bekkaoui volgt niet de laatste trend, maar beweegt mee met de tijdgeest. ‘Het borrelt weer, ik voel dat ik binnenkort met een statement kom.’ Lees hier zijn inspirerende levenslessen: Levenslessen van AZIZ in Tijd    

Lees meer

Pin It on Pinterest

Share This